Voyage 2: Saint-Hubert - Roermond

Après deux semaines de travail au porte-conteneurs, j'ai eu deux semaines de repos à terre. Donc j'ai appelé Janarie, qui venait de charger à Rethel pour Roermond, un beau voyage. Henny, qui avait conduit les enfants à l'internat, est venu me chercher. Après des longues heures de voiture, nous sommes arrivés à bord. Comme l'écluse commence de bonne heure demain, on s'est mis au lit tout de suite.

Il fait encore nuit quand j'entends Janarie allumer le moteur. Je m'habille rapidement et lâche les amarres à l'avant. Le début d'un beau jour sur les voies navigables françaises avec un bateau Freycinet. Ce jour commence avec une petite écluse : 40 mètres de long sur 6 mètres de large. Selon Janarie la plupart de écluses sont encore plus petites, mais pour moi c'est déjà toute une nouvelle expérience. Dans le courant de la journée on passe par des écluses plus grandes. Surtout plus longues et plus profondes.

Dans le canal du Nord j'étais surpris par le nombre de 38 mètres toujours en activité. J'ai pu entrer et sortir quelques écluses moi-même. Après quelques essais ça devenait de plus en plus facile. Un peu plus tard, on était obligé de s'amarrer à cause d'un corps qui flotterait entre deux écluses, mais ils n'ont rien trouvé. Le lendemain on a obtenu l'autorisation de continuer.

Aujourd'hui j'ai lavé le bateau. Ensuite j'ai navigué toute la journée par un beau paysage, jusqu'à la tombée de la nuit, quand je suis parti dans la salle des machines pour faire encore un peu de peinture.

Le lendemain j'ai embarqué sur le Zambezi, un autre 38 mètres avec qui nous naviguons ensemble ce voyage. Après une visite guidée du bateau, ils m'ont demandé si j'avais envie de conduire. Bien sûr, donc je voudrais m'installer au joystick. Mais j'ai dû conduire au macaron ! Pas facile de tenir le cap bien droit ainsi. Heureusement on a maintenant des pilotes automatiques, mais conduire comme autrefois m'a aussi bien plu.

Le lendemain nous sommes passés par l'ascenseur de bateaux de Strépy-Thieu. Ici on monte environ 70 mètres. Quand on y arrive c'est immense. C'est vraiment très impressionnant.

De plus, Janarie et moi ont regardé des 38 mètres en vente sur l'internet. Quelles différences de prix. Faut-il acheter un bateau avec un nouveau ou avec un vieux moteur, avec ou sans propulseur d'étrave, avec ou sans pilote automatique,... Il y a beaucoup de choses qu'il faut considérer avant d'acheter un bateau, Janarie m'a expliqué.

Sur la Meuse on a gagné 5 kilomètres de vitesse à l'heure, en comparaison avec la Sambre, où il y avait cependant aussi un peu de courant. A Huy, un bateau-école Wallon nous a trématé. La timonerie était plein d'étudiants, mais personne n'a regardé en arrière. Je pense que tous auraient regardé un 135 mètres avec quatre couches de conteneurs. Dommage, car naviguer sur un 38 mètres est beaucoup plus plaisant. On passe par des beaux endroits inaccessibles aux grands bateaux. Il est plus facile de s'installer comme artisan batelier parce que l'investissement initial est beaucoup plus abordable. De plus, on n'a pas besoin de naviguer 24 sur 24, et laver le bateau va beaucoup plus vite, ce qui permet de faire des autres choses agréables.

De nouveau, j'ai appris beaucoup pendant ce voyage. Je me suis fait une meilleure idée de la navigation sur un 38 mètres. Pour moi c'est évident : je vais finir mes études aussitôt que possible, ce qui va durer encore un peu. Entre temps je vais épargner de l'argent et dès que j'aurais l'opportunité, j'achète un bateau Freycinet.

Na twee weken werken op het containerschip was ik weer twee weken vrij en heb Janarie gebeld. Ze hadden een mooie reis van Rethel naar Roermond. Nadat Henny de kinderen naar internaat had gebracht heeft ze mij onderweg opgepikt. Na een aantal uur in de auto te hebben gezeten eindelijk aan boord, omdat de sluis morgen weer vroeg begint met schutten gelijk naar bed gegaan.

Het is nog donker als ik Janarie de motor hoor starten, snel kleed ik me aan en gooi voorop het schip los. Het begin van een mooie dag over de Franse wateren met een spits. Voor mij begint de dag met een klein sluisje: 40 m lang en 6 m breed. Volgens Janarie zijn de meeste nog iets kleiner, maar voor mij was dit al een hele ervaring. Later die dag werden de sluizen groter. Vooral langer en dieper. Op het Canal du Nord verbaasde ik me dat er nog zoveel spitsen actief zijn vandaag de dag. Een aantal sluizen mocht ik zelf in en uit varen. Na een paar keer oefenen ging het steeds makkelijker. Later deze dag konden we niet verder, omdat er tussen twee sluizen een lichaam zou drijven. Ze hebben echter niks gevonden vandaag. De volgende dag was het pas weer vrij gegeven.

Vandaag eerst schip afgespoten. Daarna de hele dag door een hele mooie omgeving gevaren totdat het donker werd, toen heb ik nog wat in de machinekamer geschilderd.

Volgende dag ben ik met de Zambezi, de spits waarmee we deze reis samen doen, mee gevaren. Eerst een rondleiding gekregen. Ze vroegen of ik een stukje wou varen, dat vond ik wel leuk. Dus wilde ik gaan zitten achter het pookje, maar het moest dan wel met stuurwiel i.p.v. met het pookje. Het viel niet mee om een constante rechte koers te houden. Gelukkig heeft men daar nu een piloot voor, maar toch heeft het wel wat, op een ouderwetse manier sturen.

Janarie vertelde mij dat we morgen door de scheepslift van Strepy Thieu moesten. Die gaat een meter of 70 omhoog. Daar aangekomen was het een immens groot ding. Erg indrukwekkend allemaal.

Verder hebben Janarie en ik op internet naar spitsen die te koop staan gekeken. Wat een prijs verschillen allemaal. Koop je er een met oude of nieuwe motor, met kopschroef of zonder, met of zonder piloot. Allemaal dingen die je goed moet afwegen bij een aankoop van een spits vertelde Janarie mij.

Eenmaal aangekomen op de Maas liepen we al snel een kilometer of 5 sneller dan op de Samber en daar liep toch ook een stroompje. In Huy liep een Waals opleidingsschip voorbij. De stuurhut zat helemaal vol met leerlingen. Het viel mij op dat er niemand omkeek. Ik denk als het een 135 m schip 4 hoog met containers was geweest iedereen met de neus tegen de ruit zou hebben gezeten. Jammer, want varen op een spits is veel mooier. Je komt op mooie plaatsen waar grote schepen niet kunnen komen. Je kan makkelijker voor je zelf beginnen, omdat de aanschaf een stuk lager is dan groot schip, je hoeft niet 24 uur door te varen en je bent veel sneller klaar met schip schoonmaken. Daardoor heb je ook tijd om andere leuke dingen te doen.

Ik ben deze reis weer heel wat wijzer geworden. Heb een beter beeld gekregen van de spitsenvaart. Voor mij is het duidelijk; Ik maak zo snel mogelijk mijn school af, wat nog wel even duurt. Ondertussen heb ik nog wat tijd om te sparen en als ik de kans krijg, koop ik een spits.

Volgende reis >